
Al vroeg leerde ik laveren
tussen wat hoort en wat voor mij klopt, schoonheid verbinden aan inhoud en
eerlijkheid. Ik groeide op in de jaren zeventig en tachtig tussen hoge
verwachtingen en nuchterheid. Mijn ouders waren doorgewinterde wetenschappers
en voorvechters van gelijke rechten. Thuis kochten we weinig en maakten we veel
zelf. Met een pragmatische en fanatieke feminist als moeder hadden verboden
haarspeldjes, jurkjes en Barbies een magnetische aantrekkingskracht op
mij. Mijn eigen behoefte aan schoonheid en spel. Geëmancipeerd als ze waren,
vonden mijn ouders uiterlijke schoonheid minder belangrijk. Terwijl ik als
onzekere puber met acne al mijn zakgeld stopte in verleidelijke potjes met
grote beloften. In dat spanningsveld tussen de wereld willen verbeteren en mijn
eigen behoefte aan schoonheid zocht ik mijn eigen weg.
Eigen richting
Ik begon met de allround opleiding Schoonheidsverzorging in de ijdele hoop mijn
acne beter te begrijpen en onder controle te krijgen. En uiterlijke schoonheid werd
mijn vak, te beginnen met visagie en modestyling. Het werd al snel een succes,
maar net zo snel zag ik nu ook de keerzijde van de vervuilende en mensonterende
modewereld. Ik stapte over op duurzame en eerlijke mode, maar zonder het
geitenwollensokkenimago. Dat was pionieren. Hippe ecomode was schaars, dus
haalde ik collecties uit het buitenland en dreef ik een klein persbureau. Daarnaast
gaf ik les aan opleidingen voor uiterlijke verzorging. Idealen en realiteit
hielden elkaar scherp.
Ontdekking
In 2012 koos ik voor verdieping en opende ik mijn schoonheidssalon. Eén op één
contact, waarbij het geven van zorg en aandacht altijd tevreden klanten
opleverde. Toch liepen we tegen grenzen aan. Veel mensen hadden een gevoelige
en vooral vochtarme huid en reguliere routines boden zelden een structurele
oplossing. Om het objectief en inzichtelijk te maken werkte ik vanaf het begin
met professionele huidmeetapparatuur. Wat ik zag bevestigde wat klanten ervoeren.
Minder vaak en milder reinigen en juist lipiden toevoegen gaf zichtbare en
meetbare verbetering.
Claims
Intussen leerde ik door de belofte heen kijken. Mijn vader was chemicus,
wiskundige, natuurkundige en onderwijskundige. Hij begreep al vroeg niet waarom
we massaal dure producten kopen die grotendeels uit water bestaan. Hij leerde
me etiketten lezen, doorvragen en geen genoegen nemen met halve waarheden. Zijn
scepsis vormde mijn kritische blik. Op hoge leeftijd gaf hij me het beslissende
zetje om de vierjarige studie cosmetisch formuleren te volgen. Zo leerde ik de
logica achter formules verbinden met wat huid daadwerkelijk nodig heeft. En dat
blijkt vaak minder te zijn dan de industrie ons wil doen geloven.
Begrijpelijke kennis
Daar, tussen meetgegevens en huidgevoel, vond ik mijn route. Ik laat klanten
zien wat werkt met metingen van voor en na en ik luister naar wat zij ervaren.
Niet de belofte staat centraal, maar bewijs dat je kunt zien en voelen. Het is
praktische kennis van de huid die geen hoge wetenschap hoeft te zijn en die je
goed kunt uitleggen. Die kennis doorgeven is mijn drijfveer geworden. Zodat je
zelf kunt kiezen en weerbaar wordt tegen de overweldigende en misleidende cosmetica-industrie.
Productontwikkeling
Vanuit die richting ben ik zelf producten gaan ontwikkelen. Zo eenvoudig
als mogelijk en zo doelgericht als nodig, met wat in de praktijk keer op keer
werkt. Ik liet het water, dat vooral volume geeft en bewaareisen stelt, eruit
en koos voor geconcentreerde, lipidenrijke grondstoffen. Geen onnodige
vulmiddelen en zonder conserveringsmiddelen. Wel zorgvuldig gekozen
plantaardige oliën en wassoorten die de huidbarrière respecteren. In de salon
testte ik elke proefversie. Meten voor en na en bijsturen op comfort,
uitstraling en huidgevoel. Stap voor stap ontstonden samenstellingen die
precies doen wat nodig is voor de huid.
Verpakken met verstand
Daarna zocht ik naar stabiliteit en betrouwbaarheid in het dagelijks gebruik.
Een balsem moet zich hetzelfde gedragen in winterkou en zomerse hitte. Ik
werkte aan een textuur die consistent blijft binnen normale
omgevingstemperaturen. Tegelijk keek ik kritisch naar herkomst en verpakking.
Zo duurzaam mogelijk en zo min mogelijk materiaal. Navulbaar waar het kan,
robuust en praktisch voor onderweg. Maar ook stijlvol, want het oog wil ook
wat. Zo kwamen roestvast staal en aluminium in beeld. Licht en goed te recyclen
en passend bij het idee van geconcentreerde, zuinige producten.
Wat je daarvan merkt is duidelijk. Minder producten en handelingen, meer
zichtbaar en voelbaar resultaat. De huid wordt egaler en comfortabeler door
milder te reinigen en gericht te voeden. Onverdund, dus zuinig in gebruik.
Dat noem ik Balmsense. Balsems met sense. Oftewel, gezond verstand én gevoel.


Perfection is achieved, not when there is nothing more to add, but when there is nothing left to take away.
